Nooit meer zwemles

Creatief schrijven
Kort kinderverhaal

‘Jasmijn!!! Waar ben je?’ De harde stem van de badmeester dreunde door de gangen.
‘Jasmijn!’ Haar moeders stem trilde. 

Jasmijn kneep haar ogen dicht: ‘Ik ga nooit meer naar zwemles.’

Ze was weggeglipt uit de kleedkamer. De kelder in, door de lange donkere gangen. De deur van de kelder had opengestaan. Het was er donker. Een klein streepje licht viel door een kapot raampje. Een goede plek om niet gevonden te worden. 

Jasmijn zakte langzaam met haar billen op de betonnen vloer. Ze hoorde het geklikklak van haar moeders hoge hakken in de verte verdwijnen. Vertwijfeld legde ze haar hoofd op haar knieën.

Wat was dat? 

Verbaasd keek Jasmijn naast haar. Er verschoof een doos. Haar handen trilden. 

‘Hallo?’ fluisterde Jasmijn. Ze wilde niet nu al gevonden worden. 

Weer wat geschuifel. ‘Hallo!’ Jasmijn probeerde haar stem stevig te laten klinken. ‘Is daar iemand?’

‘Ja, wat hallo …’ 

Jasmijn zag een donkere schaduw naast haar. 

‘Ja hiero! Mijn naam is Carlos. Bent u wel eens van de ratten besnuffeld?’ 

Jasmijn zag de schaduw veranderen in een pratende rat met een helm op zijn kop. ‘Huh?’ Ze staarde naar het vreemde beest. In zijn voorpootjes hield hij een lans vast. Zijn lange staart schoof traag over de stoffige betonnen vloer.

Carlos zette zijn lans recht overeind. ‘Wat doe jij hier? Ik ben hier altijd alleen.’ Jasmijn liet haar schouders zakken. ‘Ik wil niet naar zwemles.’

 
De helm van Carlos zakte naar voren en bleef hangen op zijn spitse snuit. ‘Zwemles?’ Voorzichtig duwde Jasmijn zijn helm weer terug op zijn kop. 

‘Ik kan niet zwemmen. Niet goed in ieder geval.’

Carlos deinsde naar achteren. ‘Je kunt niet zwemmen? Hoe is dat mogelijk!’ Langzaam trok hij zijn neus op om de helm weer tegen te houden. ‘Naast knagen en overal doorheen kruipen is zwemmen heel belangrijk. 

Waarom kun jij nog niet zwemmen?’

Jasmijn keek hem aan. ‘Ik durf niet zo goed. En mijn moeder vindt dat ik het toch nog moet leren. Ik lijk wel een reus tussen al die kleintjes.’

 
Carlos mompelde: ‘Klein is fijn. Al is groot niet idioot! Je durft niet? Je bent toch geen veldmuis?’ 

Hij zag een traan in haar ooghoek zijn best doen om verstopt te blijven. ‘Lief mensenmeisje, durven is een kwestie van doen. Ga met mij mee naar het blauwe meer. Ik zal jou leren zwemmen als een rat!’

 
Jasmijn keek Carlos aan. ‘Blauwe meer? Waar is dat?’ 

Carlos trippelde vooruit. ‘Kom maar mee!’