Creatief schrijven
Kort verhaal fictie
“Hij loopt nog als een kievit, dat wel.”
Lotte kijkt haar moeder aan en duwt het scheef hangende hek open. Ze ziet de voorzichtige glimlach op het vermoeide gezicht van haar vader, terwijl hij door de opening stapt. Hij straalt eenzaamheid uit.
Haar moeder fluistert half weggedraaid van haar vader: “Maar hij is zo doof.” Lotte draait haar ogen weg, wat heeft fluisteren voor zin, als hij het toch niet hoort. Ze snapt haar moeder wel. De scherpe woorden vallen alleen nog niet goed. Hij is nog steeds haar vader, haar held.
Het wandelpad brokkelt aan de zijkanten af. In het midden heeft het onkruid de strijd gewonnen van het beton. Ze kijkt naar de gekromde rug van haar vader. Zijn magere benen zijn gehuld in een broek die op de groei lijkt te zijn gekocht. Wat kan ze doen aan zijn eenzaamheid? Hoe kan ze zelf omgaan met het gevoel van verlies van haar vader?
Was hij niet de pappa die met zijn oneindige energie en maffe ideeën op iedere camping waar ze kwamen het animatieteam compleet overbodig had gemaakt? Met hem had ze van de hoogste glijbaan gedurfd. Uit volle borst zong hij op verjaardagen en feestjes. Af en toe voelt ze nog steeds zijn sterke hand in haar nek op de fiets zonder zijwieltjes.
Hier op de dijk was dat, zelf fietsen van het hek tot de witte boerderij, van hier tot “An de Diek”. Tong uit de mond, met bibberende beentjes en pappa die steeds groter werd, en haar opving. Bij deze boerderij.
“Pap, weet je het nog?” Lotte roept de woorden richting haar vader. Geen reactie. “Dat bedoel ik nou,” mompelt haar moeder.
Lotte kijkt opzij, naar de afbladderende witte verf van het vertrouwde gebouw. De verrotte kozijnen vallen meteen op, het dak ligt er half af. Het bord met “An de Diek” ligt verfeloos op het erf, vergeten. Verderop liggen de funderingen klaar voor een nieuw te bouwen huis.
Oud maakt plaats voor nieuw.
Lotte slikt. Zonder hem valt ze vast om. Ze is allang geen kind meer en moet het toch echt zonder zijwieltjes doen. Leven.
Ze kijkt naar haar vader die in zijn eigen wereld leeft. Zijn rug steeds krommer. Ouder worden voelt zo hard. “Kom jij maar naast me zitten, jou kan ik tenminste nog een beetje verstaan.” Dat zei hij laatst, tijdens een etentje. Door het vele geluid in het restaurant bleek dat toch lastiger dan gedacht. Hij had juist altijd zo genoten van gezelligheid en mensen om zich heen. Ze voelt nog haar machteloosheid toen het niet lukte een gesprekje met hem te voeren.
“Het lijkt wel of hij niet meer verder wil”. Haar moeder kijkt naar Lotte. Snibbige woorden met een randje verdriet. Lotte staart voor zich uit. De geur van rottend hout dringt in haar neus. Ze kijkt naar het dak waarop de pannen rammelen door een windvlaag.
Haar vader nog verder kwijtraken?
Ze wil de woorden van haar moeder geen betekenis laten krijgen. Ze neemt een paar grote stappen om naast haar vader te komen en pakt zijn arm. Lotte glimlacht naar haar vader. Hij knikt terug. Gearmd lopen ze door.
Tegen elkaar leunend, elkaar ondersteunend.
Als zijwieltjes.
Dit delen:
- Klik om te delen met Twitter (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend)