De betekenis van OR-lidmaatschap door de levensfasen heen: een onderzoek naar motivatie, zingeving en welzijn
Half 2025 wil ik starten met afstuderen door onderzoek te doen naar het volgende:
Het lidmaatschap van een ondernemingsraad (OR) speelt een belangrijke rol in organisaties, maar ook in het persoonlijke leven van de leden. Voor jongvolwassenen (20-35 jaar) en mensen in de middelbare leeftijd (40-55 jaar) biedt het OR-lidmaatschap unieke kansen om bij te dragen aan besluitvorming en persoonlijke groei.
Dit roept vragen op over de verschillen in motivatie tussen deze leeftijdsgroepen en de impact van deze verschillen op zingeving en psychologisch welzijn.
Om deze dynamiek te begrijpen, wil ik mijn afstudeeronderzoek hierop richten. Dit onderzoek combineert kwalitatieve en kwantitatieve methoden om inzicht te krijgen in de complexe relatie tussen levensfase, OR-lidmaatschap, motivatie, zingeving en welzijn.
Hoe ik het verder vorm wil geven, weet ik nog niet.
Waarom dit onderzoek?
Hoewel veel studies de voordelen van OR-lidmaatschap voor organisaties benadrukken, is er weinig aandacht voor de persoonlijke impact van dit lidmaatschap op de leden zelf. Dit onderzoek richt zich op twee cruciale levensfasen: de jongvolwassenheid, gekenmerkt door exploratie en carrièreontwikkeling, en de middelbare leeftijd, waarin vaak reflectie en betekenisgeving centraal staan.
Een van de kernverwachtingen in dit onderzoek is dat de motivatie om lid te worden van de OR verschilt tussen jongvolwassenen en mensen in de middelbare leeftijd. Waar jongvolwassenen mogelijk gedreven worden door intrinsieke doelen zoals persoonlijke groei en loopbaansucces, kunnen mensen in de middelbare leeftijd zich meer richten op altruïstische doelen, zoals het bijdragen aan een betere werkomgeving of het vervullen van een mentorrol.
Deze verschillen kunnen belangrijke implicaties hebben voor hoe OR-lidmaatschap bijdraagt aan zingeving en welzijn.